Het vorige mobiliteitsplan van de gemeente Lille dateerde van 2001. Sindsdien is er veel gebeurd: op initiatief van de provincie Antwerpen werd een mobiliteitsvisie uitgewerkt voor de Noorder- en Middenkempen om een omgang te zoeken voor het massale sluipverkeer. De aandacht ging in deze studie vooral naar de ongewenste maasverkleining door (vracht)verkeer tussen de autostrades E19, E34 en E313. Ook de kansen voor actieve modi en de nog zeer aanwezige groengebieden in de streek kwamen aan bod. Daarnaast wil de gemeente zelf ook sterk inzetten op de fiets. Ze ondernam daarvoor al zeer zichtbare acties, zoals het invoeren van fietsstraten aan de schoolomgevingen.
In de eerste fase werd een overzicht gegeven van de planningscontext en werden de beleidsactoren zeer uitgebreid naar hun visie gevraagd: van meerderheid over oppositie tot jeugdraad en schooldirecteurs. Mede met de input van een uitgebreid participatietraject én een online bevraging werden de knelpunten en potenties voor Lille afgeleid.
Er gaat in dit mobiliteitsplan veel aandacht naar de dorpen: voor Wechelderzande, Lille en Poederlee zijn wensbeelden opgemaakt. Deze wensbeelden doen uitspraken over mobiliteit en parkeren. Uit al de visies en de wensbeelden werd erg duidelijk dat het uitwerken van de bovenlokale visie van de provincie Antwerpen op gemeentelijk en op wijkniveau een conditio sine qua non was om andere zaken, zoals het aanmoedigen van fietsverkeer, op een veilige manier aan te pakken. Ook de verbindingen tussen de dorpen moeten in dat licht bekeken worden.